Bijvoeding in het ziekenhuis
Gepubliceerd op: 01 maart 2022Meestal is een gezonde baby in staat om vanaf de geboorte met regelmaat aan de borst te zuigen. De kleine beetjes colostrum (eerste moedermelk) die hij dan binnenkrijgt, zijn over het algemeen precies wat hij nodig heeft. Door het zuigen stimuleert de baby de aanmaak van meer melk. In veel gevallen is vraag en aanbod met elkaar in overeenstemming.
Af en toe krijgt een baby toch niet voldoende voeding binnen. Soms vindt de kinderarts het noodzakelijk dat een baby wat extra voeding krijgt naast het drinken aan de borst, bijvoorbeeld bij een erg lichte of juist erg zware baby. Deze categorie baby's heeft meer kans op een lage bloedsuikerspiegel. Daarom hebben ze soms aan de paar druppels moedermelk die er komen niet voldoende. Deze baby's krijgen dan op medische indicatie bijvoeding. Bij voorkeur geven we dan een beetje afgekolfde moedermelk, maar omdat dit nog niet altijd lukt, is er soms wat kunstvoeding nodig.
In het Slingeland Ziekenhuis geven we er de voorkeur aan om de baby met een ‘cupje' bij te voeden. Dit wordt gedaan om bij de baby geen verwarring te creëren tussen het drinken aan de borst en uit een fles. De melkstroom uit de fles is zo anders dan die uit de borst dat baby's, die eenmaal de fles zijn gewend, de borst soms moeilijker pakken.
Soms is er geen medische indicatie voor bijvoeding, maar zien we wel dat de baby na het drinken aan de borst steeds honger houdt. Niet in alle situaties is er al op de eerste dag voldoende moedermelk aanwezig. De baby blijft dan onrustig en zoekend. Door middel van handkolven (de moeder kolft dan met haar eigen handen) zijn er vaak al druppels moedermelk af te kolven. Op deze manier kunnen we de baby dan wat extra voeding geven. Een enkele keer is een slokje kunstvoeding nodig. Dit gebeurt uitsluitend in overleg met de ouders.
Laatst bijgewerkt op: 14 maart 2022